De
volgende 4 dagen doorkruisen we de
Ngorongoro Conservation Area. We starten zoals het hoort met een bezoek aan de
immense krater. Aan de ingang is het wel even wachten want er is wat onrust bij
alle gidsen. De prijzen zijn gestegen en dat was niet voorzien door velen van
hen met als gevolg een enorme file aan de loketten. Wij bekijken vol verbazing
de bavianen die volleerde dieven zijn en heel wat jeeps plunderen met snelle
aanvallen via open deuren. Geen enkele banaan of koekje is veilig voor deze
groep als je even niet oplet. Eens door de gate kijken we over de krater uit en
zien 600 meter lager de bodem waar we vele stipjes van wilde dieren spotten.
Voor we afdalen naar de bodem krijgen we op de picknick area onze lunch
box (grappig wel zo een doosje met pasta,
fruit en koekjes. Veel te veel maar we zullen er moeten aan wennen want
de volgende dagen worden we 's middag steeds verrast door zo'n boxjes)
We dalen
steil af naar de kraterbodem en het dak van de jeep gaat omhoog. Hyena's,
zebra's, gnoe's, waterbuffels, pumba's (de snelle wilde varkentjes met hun
grote hoektanden) antilopes, met 1000'en glijden ze aan ons blikveld voorbij.
De secretarisvogel met zijn doordringende roep kijkt ons aan en de kraanvogels
met hun jong maken zich snel uit de voeten. Machtig dit landschap vol met
dieren. Je waant je even in de film de Lion King. We speuren de verte af met
onze kijkers op zoek naar de leeuwen en neushoorn. De zwaarste landvogel, die
kan vliegen, de Cory Bustard loopt langzaam rondom onze jeep. De dieren zijn
hier zo gewoon aan de mens die toch niets doet dat ze zich uitgebreid laten
bewonderen . Bij de eerste Hippo- pool hebben we geen geluk. Maar wat verderop
staan een 5 tal jeeps geparkeerd en Thomas onze gids zet er even wat vaart
achter en parkeert zijn wagen dan pal naast 2 slapende mannetjes leeuwen.
Kolossen zijn het maar zo vredig in hun slaap. Ze slapen soms de hele dag en
laten zelfs 's nachts het zware werk aan de leeuwinnen om de prooien te vangen.
Je zou bijna uitstappen om ze te aaien maar Thomas raadt dit toch ten
stelligste af:-) Wat verderop worden er 2 leeuwen in de schaduw van een jeep
even wakker. Waauw die blik van "ah jullie zijn er ook", "tof ik
zal mijn manen eventjes goedleggen zodat je mij opmijn mooist kan
fotograferen". "Heb je mijn litteken op mijn neus? Super!". Onze
tocht door deze ark van Noah gaat verder . En aan de 2e hippopool bromt en
bruist het volop. De dikke kolossen van het water proesten het geregeld uit als
ze naar boven komen om even lucht te happen. De wittenekkraai huppelt
ondertussen tussen het gras en probeert van ons toeristen ook een hapje mee te
pakken. Nu op zoek naar de zwarte neushoorn. We turen door het open dak de
verte af. Bij een groepje waterbuffels roep ik het uit. Daar zit er eentje maar
al snel wordt het duidelijk dat het ook gewoon een buffel was. Een neushoorn
zit altijd alleen zegt Thomas, maar er is veel wind en een neushoorn wordt er
gek van als die langs zijn hoorn blaast en zal waarschijnlijk plat tegen de
grond liggen. Wat zijn ze toch groot die struisvogels die hun verenpracht aan
ons tonen. De neushoorn vinden we niet :-( Of toch wel er ligt ver weg ééntje
in het gras en met wat fantasie zijn we er allemaal zeker van dat het er ééntje
is (ook onze gids is overtuigd) maar zeker ben ik toch niet :-). We rijden nog
wat rond en voelen de warme Afrikaanse lucht langs ons gezicht als we genieten
vanuit onze beschermde jeep. Mooi, mooier, mooist zijn we getuige van de trek
van de gnoes en het gevecht om het plaatsje in de hiërarchie. Milan noemt het
'the best day of my life'.
Voor we
de kraterbodem moeten verlaten (om 18.00u ) duiken we het bos in om wie weet
nog wat olifanten te spotten . En ja hoor er duikt er eentje op in een glooiing
en de groep bavianen maakt zich wat verderop al vlooiend klaar om te gaan
slapen. En terwijl de volgels in de acaciabomen terugkeren naar hun nest maken
we de klim naar de kraterrand. Net te laat om op tijd buiten te zijn. Oei wat
machtsvertoon van de wachters met hun geweer. Wat gepraat en een leugentje om
bestwil en we komen er weer vanaf zonder een boete. Snel op weg naar de
campsite op de kraterrand. Als we toekomen zien we dadelijk de zebra's die
tussen de tenten paraderen en die Milan al lachend nadien daarom de konijntjes
van Afrika zal noemen. Even is er
opschudding als een olifant ook wil komen slapen tussen de tentjes en
meegenieten van al het heerlijks dat hier in de veldkeuken voor ons wordt
bereid. Op zo'n camping wordt er heel goed voor je gezorgd . Aan de gids Thomas
kan je alles vragen, de kok maakt alles vers voor je klaar en doet de afwas en
de chauffeur van de supply-car zorgt voor de tenten. Paradise in Africa toch
voor ons toeristen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten